Omdat in de begroting 2019 en nu bij de voorstellen in de Kadernota 2020 ook meerjarig voor een aantal prioriteiten een beroep gedaan wordt op de algemene reserve wordt inzichtelijk gemaakt welke gevolgen deze inzet van de algemene reserve heeft voor het weerstandsvermogen.
In onderstaande tabel is het verwachte verloop van het weerstandsvermogen en de betreffende ratio weergegeven als alle voorstellen in de Kadernota 2020 overgenomen worden. Opgemerkt wordt dat het overzicht de ontwikkeling weergeeft op basis van de begroting 2019 en de raadsbesluiten met betrekking tot de inzet van de algemene reserve. Met financiële mee- of tegenvallers als gevolg van rekeningresultaten en overige incidentele bedragen kan nu nog geen rekening worden gehouden. De verwachte begrotingsuitkomsten op basis van deze Kadernota 2020 voor 2021 e.v. worden ook niet in deze opzet betrokken.
Reserves weerstandsvermogen: * | Stand 1-1-2019 | Stand 1-1-2020 | Stand 1-1-2021 | Stand 1-1-2022 | Stand 1-1-2023 |
Algemene reserve | 31.156.365 | 26.128.581 | 23.632.196 | 22.044.311 | 21.780.961 |
Reserve risicobuffer grondexplotaties | 8.500.000 | 8.500.000 | 8.500.000 | 8.500.000 | 8.500.000 |
Reserve sociaal domein | 8.177.475 | 7.113.311 | 6.249.413 | 5.631.063 | 5.574.301 |
47.833.840 | 41.741.892 | 38.381.609 | 36.175.374 | 35.855.262 | |
Benodigd cf. paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing 2019 | 21.726.600 | 21.726.600 | 21.726.600 | 21.726.600 | 21.726.600 |
Relatieve weerstandsvermogen : | 2,20 | 1,92 | 1,77 | 1,67 | 1,65 |
> 2,0 = uitstekend | |||||
1,4-2,0 = ruim voldoende | |||||
1,0-1,4 = voldoende | |||||
* Beginsaldi en mutaties o.b.v. begroting 2019 en raadsbesluiten sinds vaststelling begroting. |